Goed opgemerkt, soms zitten er witte harde stukjes in ons natvoer. Dat is kraakbeen! Wist je dat dat eigenlijk heel gezond is voor jouw pluizenbol? 😋

Wat is kraakbeen?  

Kraakbeen is een glad laagje weefsel dat zich op de uiteinden van botten in gewrichten bevindt. Dankzij kraakbeen kunnen de botuiteinden in onze gewrichten goed over elkaar heen glijden als we bewegen. Als we zeggen dat kraakbeen glad is, bedoelen we echt héél glad – zoals een laagje ijs, maar dan nóg gladder.  

Waarom is kraakbeen gezond?  

Eerst en vooral bevat kraakbeen collageen. Collageen is een eiwit dat voorkomt in bindweefsel, huid, pezen, botten en dus ook in kraakbeen. Dit eiwit is erg goed voor gezonde en soepele gewrichten: iets wat onze kleine tijgers goed kunnen gebruiken als ze hoog moeten springen!

Daarnaast vind je in kraakbeen ook chondroïtine - een stof die veel merken extra toevoegen aan hun voeding voor extra ondersteuning van gewrichten. Door kraakbeen te gebruiken wordt chondroïtine al natuurlijk aangeleverd. Superhandig dus! Chondroïtine is het meest voorkomende van die glycosaminoglycanen in ons kraakbeen. Het zorgt ervoor dat water in het weefsel wordt vastgehouden en behoudt daardoor zijn osmotische druk, elasticiteit en soepelheid.

Waarom je kat best af en toe wat kraakbeen mag eten en kan ze die stukjes wel verteren?

In tegenstelling tot honden zijn katten pure carnivoren oftewel vleeseters. Ze hebben miljoenen jarenlang niets anders gegeten dan de prooien die ze zelf konden vangen.  
Als werktuig voor hun jacht hebben katten hebben 30 tanden: 12 snijtanden, 4 hoektanden, 10 premolaren en 4 molaren. Samen met een stel scherpe klauwen helpen ze de kat om een prooi te vangen en te verscheuren.  

Ook in huis zijn onze poezels nog altijd kleine sluipende tijgertjes, toch? Onze kleine speelse rovers jagen met veel plezier hun knuffeltje of veertje achterna. Of misschien zie je hen zelfs de tuin onveilig maken voor vogeltjes of muizen die ze –eens gevangen- trots komen presenteren aan hun baasje.

Eerder vermeldden we al dat katten in tegenstelling tot honden geen omnivoren zijn. Dat komt omdat katten ondanks de bereide stukjes vlees en lekkers die ze van hun mensenvrienden kregen, altijd heel dicht bij hun wilde aard zijn gebleven. Daardoor zijn ze niet zo hard geëvolueerd naar leven (en eten) met mensen als honden. 
Eeuwenlang hebben ze overleefd op prooien als muizen, konijnen en vogels, maar niet op droge, vleesarme, suikerhoudende en sterk verhitte brokken.  
Heb je wel eens gezien dat je kat wat sprietjes gras naar binnen werkt? Dat maakt hem geen omnivoor 😉 zijn buik vult hij daar echter niet mee.

Door deze beperkte aanpassing aan het leven met mensen, zijn de tanden, darmen en spijsvertering van een kat nog altijd gemaakt om vlees te verwerken.  
Scherpe hoektanden zijn er om prooien mee te vangen. De vorm van hun kiezen maakt dat ze er uitstekend vlees en botten klein mee kunnen maken. Ze hebben een grote maag, korte darmen en een heel kleine blindedarm. Dit alles geeft aan dat katten in een korte tijd een grote hoeveelheid eiwit kunnen eten, die ze snel kunnen verteren en makkelijk in zich op kunnen nemen.

De wilde kat eet per slot van rekening ongekookte prooien. Heb je ooit al eens een leeuw zijn antilope zien roosteren?! 
Natuurlijk wil dit niet zeggen dat we zelf op muizenjacht moeten gaan om onze katten van goed voer te voorzien. Gelukkig maar. We moeten er echter wel voor opletten om ons niet te laten verleiden om onze spinnende vriend naar menselijke maatstaven te willen voeden, zoals eten zonder stukjes vlees, bot of kraakbeen.  

Goed samengesteld voer bootst dus best de natuurlijke prooien van de kat na en daar mogen dus gerust af en toe eens wat hardere stukjes kraakbeen inzitten!  Daar wordt je kat niet alleen blij van omdat dat hun natuur nabootst, maar het is een belangrijke voedingsbron voor hun soepele gewrichten.   
Een kat is 100% carnivoor, d.w.z. dat een kat leeft op vlees, bot (kraakbeen) en organen van prooidieren. Daar gedijt jouw tijger dus het beste op, want prooidieren leveren alles wat een kat nodig heeft. Geen paniek dus als je een stukje kraakbeen vindt in onze voeding.